Het Koninkrijk van God
Deel 4 van 5 van deze bijbelstudie

 

Het komende Koninkrijk van Vrede


Nu je een heleboel beter begrijpt, wil je waarschijnlijk wel een paar dingen meer weten over dat Koninkrijk van vrede.
We zullen wat bijbelgedeelten lezen om een indruk te krijgen wat de bijbel ons vertelt over dat Koninkrijk van vrede.


Jesaja 2:1-5

1 Het woord dat Jesaja, de zoon van Amoz, gezien heeft over Juda en Jeruzalem.
2 Het zal in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal worden boven de heuvels, en dat alle heidenvolken ernaartoe zullen stromen.
3 Vele volken zullen gaan en zeggen: Kom, laten wij opgaan naar de berg van de HEERE, naar het huis van de God van Jakob; dan zal Hij ons onderwijzen aangaande Zijn wegen, en zullen wij Zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan, en het woord van de HEERE uit Jeruzalem.
4 Hij zal oordelen tussen de heidenvolken en veel volken vonnissen. En zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen. Oorlog voeren zullen zij niet meer leren.
5 Huis van Jakob, kom, laten wij wandelen in het licht van de HEERE. 

We kunnen datzelfde beeld van dit Koninkrijk van vrede, waar oorlog niet bestaat en dat geregeerd wordt door Jezus, ook vinden in Micha.


Micha 4:1-5

1 Het zal echter in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal worden boven de heuvels, en dat de volken ernaartoe zullen stromen.
2 Vele heidenvolken zullen op weg gaan en zeggen: Kom, laten wij opgaan naar de berg van de HEERE, naar het huis van de God van Jakob; dan zal Hij ons onderwijzen aangaande Zijn wegen, en zullen wij Zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan en het woord van de HEERE uit Jeruzalem.
3 Hij zal oordelen tussen vele volken en machtige heidenvolken vonnissen, tot ver weg. Zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen. Oorlog voeren zullen zij niet meer leren.
4 Maar zij zullen zitten, ieder onder zijn wijnstok en onder zijn vijgenboom, niemand zal ze schrik aanjagen, want de mond van de HEERE van de legermachten heeft het gesproken.
5 Want alle volken gaan op weg, elk in de naam van zijn god, maar wij zullen op weg gaan in de Naam van de HEERE, onze God, voor eeuwig en altijd. 

We lezen nog even door in hoofdstuk 5.


Micha 5:1-5

1 En u, Bethlehem-Efratha, al bent u klein om te zijn onder de duizenden van Juda,uit u zal Mij voortkomen Die een Heerser zal zijn in Israël. Zijn oorsprongen zijn van oudsher, van eeuwige dagen af.
2 Daarom zal Hij hen overgeven tot de tijd dat zij die baren zal, gebaard heeft.Dan zal de rest van Zijn broeders zich bekeren, met de Israëlieten. 3 Hij zal staan en hen weiden in de kracht van de HEERE, in de majesteit van de Naam van de HEERE, Zijn God. Zij zullen veilig wonen, want nu zal Hij groot zijn tot aan de einden van de aarde.

Degene die voortkwam uit Juda en geboren werd in Bethlehem, zal heerser zijn over Israël. We hebben eerder gelezen, dat Hij Jezus is. (Lucas 1:32-33).
En als Jezus regeert, zal vers 2b van Micha 5 worden vervuld: Dan zal de rest van Zijn broeders zich bekeren, met de Israëlieten.

Herinner je nog, dat er twee koninkrijken waren in Israël? De Tien stammen, ook wel genoemd: Jacob (Israel), of Samaria naar hun hoofdstad, of Efraïm naar hun leiderstam. En Juda of de Joden, zo genoemd naar hun leider Juda.

De rest van Zijn broeders...
Wiens broeders?
De broeders van de Jood Jezus. Alle Joden, die niet nu al in het land Israël zijn, zullen zich voegen bij hun broeders de Israëlieten die terug zullen keren. Is het niet wonderlijk hoe nauwkeurig de bijbel is?

Hoewel niemand precies weet waar deze Israëlieten zijn, is God machtig te weten waar zij zijn. En Hij zal het laten gebeuren zoals het is voorspeld.
Jeremia spreekt ook over die tijd.


Jeremia 3:6-18

6 In de dagen van koning Josia zei de HEERE tegen mij: Hebt u gezien wat het afvallige Israël gedaan heeft? Zij ging elke hoge berg op en onder elke bladerrijke boom, en bedreef daar hoererij. 
7 Ik zei, nadat zij al deze dingen gedaan had: Keer terug naar Mij, maar zij keerde niet terug. Dat zag haar trouweloze zuster Juda. 
8 Maar Ik zag, toen Ik vanwege alles waarin het afvallige Israël overspel had gepleegd, haar weggestuurd had en haar een echtscheidingsbrief gegeven had, dat Juda, haar trouweloze zuster, niet bevreesd werd. Zij ging zelf ook hoererij bedrijven.
9 Zo gebeurde het dat het land door haar lichtzinnige hoererij ontheiligd werd, want zij pleegde overspel met steen en met hout.
10 Zelfs in dit alles heeft haar trouweloze zuster Juda zich niet tot Mij bekeerd met heel haar hart, maar slechts in schijn, spreekt de HEERE.
11 Daarom zei de HEERE tegen mij: Het afvallige Israël heeft zichzelf nog rechtvaardig doen lijken, vergeleken bij het trouweloze Juda.
12 Ga deze woorden prediken tegen het noorden, en zeg: Keer terug, afvallig Israël, spreekt de HEERE, Mijn aangezicht is tegenover u niet betrokken, want Ik ben goedertieren, spreekt de HEERE, Ik handhaaf Mijn toorn niet voor eeuwig. 
13 Alleen, erken uw ongerechtigheid, want u bent tegen de HEERE, uw God, in opstand gekomen, en u hebt zich in alle richtingen verspreid op zoek naar de vreemden, onder elke bladerrijke boom, maar u hebt niet geluisterd naar Mijn stem, spreekt de HEERE.
14 Keer terug, afkerige kinderen, spreekt de HEERE, want Ík heb u getrouwd. Ik zal u nemen, één uit een stad en twee uit een geslacht, en Ik zal u naar Sion brengen. 
15 Ik zal u herders geven naar Mijn hart, die u zullen weiden met kennis en verstand.
16 En het zal gebeuren in die dagen, wanneer u zich vermeerdert en vruchtbaar wordt in het land, spreekt de HEERE, dan zal men niet meer zeggen: de ark van het verbond van de HEERE. Zij zal niet meer in het hart opkomen. Men zal er niet meer aan denken en niet meer naar haar omzien. Zij zal niet opnieuw gemaakt worden. 
17 In die tijd zal men Jeruzalem de Troon van de HEERE noemen. Alle heidenvolken zullen er samenstromen, tot de Naam van de HEERE, tot Jeruzalem. Zij zullen niet meer hun verharde, boosaardige hart achternagaan.
18 In die dagen zal het huis van Juda naar het huis van Israël gaan. Tezamen zullen zij komen uit het land in het noorden naar het land dat Ik uw vaderen in erfelijk bezit heb gegeven

 Nog eens vers 17: In die tijd zal men Jeruzalem de Troon van de HEERE noemen.

Wanneer is dat, 'in die tijd'?
Dat is, zoals we een paar verzen eerder hebben gelezen, 'Als de Heere ‘één uit een stad en twee uit een geslacht,’zal nemen, en hen zal naar brengen Sion.'
We spreken hier over ‘afvallige Israël en haar trouweloze zuster Juda’.
Als Jeruzalem genoemd zal worden: 'de Troon des Heren', zullen Israël en Juda samengebracht worden in het land Israël.
18 ‘In die dagen zal het huis van Juda naar het huis van Israël gaan. Tezamen zullen zij komen uit het land in het noorden naar het land dat Ik uw vaderen in erfelijk bezit heb gegeven.’ 

De profeet Ezechiël was daar ook helder over. Het staat in Ezechiël 37:15-28. We hebben dit al eens gelezen, maar het is goed je dit te herinneren.

Wat we nu gezien hebben is dit:

  • Jeruzalem zal de troon van de Here zijn.
  • Jezus, die de Messias is, zal Koning zijn in Jeruzalem.
  • In die dagen zullen alle Israëlieten samen opnieuw een natie vormen.
  • De Israëlieten zullen leven in het land dat God gaf aan Jacob.
  • Het Koninkrijk van God zal een Koninkrijk zijn van vrede.
  • Er zullen geen oorlogen meer zijn.

Om dit gedeelte af te sluiten lezen we nog een paar verzen van Jesaja.


Jesaja 11:1-10

1 Want er zal een Twijgje opgroeien uit de afgehouwen stronk van Isaï, en een Loot uit zijn wortels zal vrucht voortbrengen.
2 Op Hem zal de Geest van de HEERE rusten: de Geest van wijsheid en inzicht, de Geest van raad en sterkte, de Geest van de kennis en de vreze des HEEREN.
3 Zijn ruiken zal zijn in de vreze des HEEREN. Hij zal niet oordelen naar wat Zijn ogen zien en Hij zal niet vonnissen naar wat Zijn oren horen.
4 Hij zal de armen recht doen in gerechtigheid en de zachtmoedigen van het land zal Hij met rechtvaardigheid vonnissen. Maar Hij zal de aarde slaan met de roede van Zijn mond en met de adem van Zijn lippen zal Hij de goddeloze doden.
5 Want gerechtigheid zal de gordel om Zijn heupen zijn, en de waarheid de gordel om Zijn middel.
6 Een wolf zal bij een lam verblijven, een luipaard bij een geitenbok neerliggen, een kalf, een jonge leeuw en gemest vee zullen bij elkaar zijn, een kleine jongen zal ze drijven.
7 Koe en berin zullen samen weiden, hun jongen zullen bij elkaar neerliggen. Een leeuw zal stro eten als het rund.
8 Een zuigeling zal zich vermaken bij het hol van een adder, en in het nest van een gifslang zal een peuter zijn hand steken.
9 Men zal nergens kwaad doen of verderf aanrichten op heel Mijn heilige berg, want de aarde zal vol zijn van de kennis van de HEERE, zoals het water de bodem van de zee bedekt.
10 Want op die dag zal de Wortel van Isaï er zijn, Die zal staan als banier voor de volken. Naar Hém zullen de heidenvolken vragen. Zijn rustplaats zal heerlijk zijn. 

Het twijgje dat opgroeit uit de stronk van Isaï is Jezus.
Isaï is de vader van David. Jezus is niet alleen de nakomeling van David, Hij is ook de wortel van David. (Openbaring 22:16 ).
De Geest des Heren rust op Hem. Hij zal de Koning zijn die zit op de troon in Jeruzalem. De troon van David.
Alles zal aangepast worden, zelfs hoe dieren zich gedragen.

Aan het eind van Jesaja kunnen we meer lezen over het Koninkrijk van Vrede, over de Messias.


Jesaja 65:18-25

18 Maar wees vrolijk en verheug u tot in eeuwigheid in wat Ik schep, want zie, Ik schep Jeruzalem een vreugde en zijn volk blijdschap.
19 En Ik zal Mij verheugen over Jeruzalem en vrolijk zijn over Mijn volk. Geen stem van geween zal erin meer gehoord worden, of een stem van geschreeuw.
20 Daar zal niet meer zijn een zuigeling die maar enkele dagen leeft of een oude man die zijn dagen niet zal volmaken, want een jonge man zal sterven als een honderdjarige, maar een zondaar, al is hij honderd jaar, zal vervloekt worden.
21 Zij zullen huizen bouwen en erin wonen, zij zullen wijngaarden planten en van hun vrucht eten.
22 In wat zij bouwen, zal geen ander wonen, van wat zij planten, zal geen ander eten. Want de dagen van Mijn volk zullen zijn als de dagen van een boom, en Mijn uitverkorenen zullen lang genieten van het werk van hun handen.
23 Zij zullen zich niet voor niets vermoeien of kinderen baren voor iets verschrikkelijks, want zij zijn het nageslacht van de gezegenden door de HEERE, en hun nakomelingen met hen.
24 En het zal geschieden dat voordat zij roepen, Ík zal antwoorden, terwijl zij nog spreken, Ík zal horen.
25 Een wolf en een lammetje zullen gezamenlijk weiden, een leeuw zal stro eten als een rund, een slang – zijn voedsel zal stof zijn. Zij zullen geen kwaad doen en geen verderf aanrichten op heel Mijn heilige berg, zegt de HEERE. 

Wat een geweldige toekomst!
Mensen zullen oud worden, zo oud als de bomen. De mensen moeten wel werken, maar God zegt: Mijn uitverkorenen zullen lang genieten van het werk van hun handen.
Ook zal er geen kindersterfte meer zijn.


En de gelovigen?

En wat is er te zeggen over de gelovigen in het Koninkrijk van Vrede?
Alle gelovigen, van alle tijden, die gestorven zijn in Christus, zullen, samen met de gelovigen die nog leven ten tijde van Jezus’ terugkomst, veranderd worden.
Dat zal gebeuren als de laatste bazuin klinkt.


1 Korinthiërs
15:50-52

50 Maar dit zeg ik, broeders, dat vlees en bloed het Koninkrijk van God niet kunnen beërven, en de vergankelijkheid beërft de onvergankelijkheid niet.
51 Zie, ik vertel u een geheimenis: Wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden,
52 in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden. 

En zo, veranderd, zullen wij altijd bij de Here zijn.


Er zijn een paar bijbelverzen, die we al eerder gelezen hebben, die erg goed aansluiten bij de verzen die we net gelezen hebben.


1 Thessalonisenzen 4:15-17

15 Want dit zeggen wij u met een woord van de Heere, dat wij die levend zullen overblijven tot de komst van de Heere, de ontslapenen beslist niet zullen voorgaan.
16 Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. 
17 Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn.

Ik denk dat de laatste bazuin de bazuin is uit


Openbaring
11:11-19

11 "En na die drieënhalve dag kwam er een levensgeest uit God in hen en zij gingen op hun voeten staan. En grote vrees overviel hen die hen zagen.
12 En zij hoorden een luide stem uit de hemel tegen hen zeggen: Kom hier omhoog. En zij gingen omhoog naar de hemel, in de wolk, en hun vijanden keken hen na.
13 En op datzelfde uur vond er een grote aardbeving plaats, en het tiende deel van de stad stortte in. En bij die aardbeving werden zevenduizend met name bekende personen gedood. En de overigen werden zeer bevreesd, en gaven eer aan de God van de hemel.
14 Het tweede wee is voorbijgegaan. Zie, het derde wee komt spoedig.
15 En de zevende engel blies op de bazuin, en er klonken luide stemmen in de hemel, die zeiden: De koninkrijken van de wereld zijn van onze Heere en van Zijn Christus geworden, en Hij zal Koning zijn in alle eeuwigheid. 
16 En de vierentwintig ouderlingen, die voor God op hun troon zitten, wierpen zich met hun gezicht ter aarde en aanbaden God,
17 en zeiden: Wij danken U, Heere, God de Almachtige, Die is en Die was en Die komt, omdat U Uw grote kracht ter hand hebt genomen en Koning geworden bent.
18 En de volken zijn toornig geworden, en Uw toorn is gekomen en daarmee ook het tijdstip voor de doden om geoordeeld te worden, en om het loon te geven aan Uw dienstknechten, de profeten, en aan de heiligen en aan hen die Uw naam vrezen, de kleinen en de groten, en om hen te vernietigen die de aarde vernietigden.
19 En de tempel van God in de hemel werd geopend en de ark van Zijn verbond werd zichtbaar in Zijn tempel. En er kwamen bliksemstralen, stemmen, donderslagen, een aardbeving en grote hagel."

Als deze trompet klinkt, zal Jezus terugkomen en heeft Hij het Koningschap aanvaard.

Zoals we gelezen hebben, zal deze tijd van vrede 1000 jaar duren.(Opb.20). Ik zie geen reden om dat niet letterlijk te zien. De duivel gaat nu nog steeds rond en is niet gebonden. We moeten hem nog steeds weerstaan.


Romeinen 8:14-17

Dat is nog niet alles. Jezus is de eerste van vele broederen. (Romeinen 8:29)
14 Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God.
15 Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader!
16 De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn. 17 En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.  

Wij zijn zonen van God en niet meer slaven. Dus, zijn we mede-erfgenamen van Jezus. Als Hij regeert, zullen wij ook regeren.


2 Timotheüs
2:11-12

11 Dit is een betrouwbaar woord. Want als wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven.
12 Als wij volharden, zullen wij ook met Hem regeren. Als wij Hem verloochenen, zal Hij ons ook verloochenen. 

Het is niet zo eenvoudig als het lijkt. Het woordje ‘als’ is een paar maal gebruikt. ‘Als’ wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven.

Om met Hem te leven, moeten wij ons oude leven begraven. We moeten dat achter laten in het (water)graf.
Dan moeten we een leven leiden, dat gericht is op Hem. Een leven door de Geest. Dat is een leven gericht op God. En als we daarin volharden zullen we ook samen met Jezus Christus regeren als koningen.
Onze God is een wonderbaar God. Hij houdt van ons.

Al voordat Adam en Eva geschapen werden, werkte Hij zijn plan uit over het Koninkrijk. En door zijn liefde, door Jezus Christus, maakte Hij het mogelijk, dat wij deel kunnen hebben aan dat geweldige plan.
Dat is geweldig.

Wat een machtig en geweldige God hebben wij.


Samenvatting

De bijbel geeft ons een geweldig beeld van die tijd van vrede. Er zal duizend jaar lang geen oorlog meer zijn. De mensen zullen zo oud worden als de bomen.
Jezus zal de leraar zijn ter gerechtigheid.

God zal alle Israëlieten en alle Joden terugbrengen naar hun land en Hij zal Koning over hen zijn. Zij zullen de kinderen van het Koninkrijk zijn.

En wij, christenen, zullen veranderd worden als de bazuin klinkt en wij zullen onze Heer ontmoeten in de lucht. Wij zullen bij Hem zijn als Hij Jeruzalem ingaat om te regeren en wij zullen met Hem meeregeren.

Wij zullen het in het volgende, en laatste gedeelte, gaan hebben over 'het evangelie van het Koninkrijk van God'.


Dit is het eind van deel 4

 

 

Romeinen 8:29

29 Want die Hij tevoren gekend heeft, heeft Hij ook tevoren bestemd tot gelijkvormigheid aan het beeld zijns Zoons, opdat Hij de eerstgeborene zou zijn onder vele broederen;

Openbaring 22:16

"...Ik ben de wortel en het geslacht van David, de blinkende morgenster."